1.1 WMO vervoer
In 2021, tijdens Corona, is er minder gebruik gemaakt van het Wmo-vervoer. Begin 2022 was de verwachting dat het vervoer zich weer zou herstellen zoals voor Corona. Dit herstel is uitgebleven. Ook landelijk zien wij dat er minder gebruik wordt gemaakt van het openbaar vervoer. Daarnaast is begin 2022 een nieuwe vervoerder gestart die bij de start van het nieuwe contract niet goed heeft gepresteerd. De afgelopen periode zijn wij een verbetertraject aangegaan met de Wmo-vervoerder naar aanleiding van diverse klachten van inwoners en een laag stiptheidspercentage. Dit heeft uiteindelijk geresulteerd in een betere stiptheid en minder klachten. Door de bonus/malus systematiek (lager betaling bij mindere prestatie) en het minder gebruik van het Wmo-vervoer leidt dit tot lagere kosten dan verwacht. Hierdoor ontstaat een voordeel van € 400.000
1.2 WMO Begeleiding
Op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning voorzien wij in begeleiding en dagbesteding voor inwoners waarbij het noodzakelijk is deze zorg te ontvangen. Vanwege een structurele toename in het aantal begeleidingsaanvragen verwachten wij een tekort, ondanks een bijraming in de perspectiefnota. Naast de toenemende vraag naar begeleiding stijgen de kosten ook vanwege de hogere tarieven sinds de nieuwe aanbesteding per 1 januari 2022. Het aantal klanten met een begeleidingsindicatie ligt in de eerste helft van 2022 hoger dan de eerste helft van 2021. Op basis hiervan verwachten wij een tekort van € 400.000.
1.3 Minimabeleid
Op de bijzondere bijstand en minimaregelingen verwachten wij een tekort van € 500.000. Dit heeft meerdere oorzaken. De kosten van het levensonderhoud nemen toe waardoor het voor meer inwoners noodzakelijk wordt hulp te vragen bij de gemeente. Daarnaast hebben wij alle inwoners waarbij een energietoeslag is toegekend gewezen op de minimaregelingen. Hierdoor zien wij een toename in het aantal aanvragen van inwoners die voorheen niet eerder regelingen hebben aangevraagd.
1.4 Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers 2020
Vanwege een beperkte feitelijke onrechtmatigheid bij de uitvoering van de Tozo ter grootte van € 249.000 heeft het Rijk de declaratie over 2020 vastgesteld op € 17.187.504. De gemeenteraad is hierover op 6 september geïnformeerd.
1.5 Kinderopvang toeslagenaffaire (KOT)
Als gevolg van de kinderopvangtoeslagenaffaire is door het Rijk gevraagd gedupeerden ruimhartig tegemoet te komen bij het compenseren van de gevolgen van de affaire. Het rijk heeft aangegeven de kosten via een Specifieke Uitkering (SPUK) regeling te vergoeden. De inwoners die zich hebben gemeld bij het opgerichte steunpunt worden geholpen waar wij kunnen. Men wordt op vijf leefgebieden ondersteund (wonen, werk, inkomen, schulden en gezin). Enerzijds maken wij kosten voor minimabeleid en bijzondere bijstand (raming € 416.000) en anderzijds verwachten wij € 416.000 aan uitvoeringskosten.
In de Perspectiefnota 2022 is een voorlopig budget beschikbaar gesteld van € 45.000 om aan de slag te kunnen gaan om gedupeerden van de toeslagenaffaire te kunnen helpen. De kosten die de gemeente maakt worden volledig gecompenseerd door het rijk waardoor dit budget kan vrijvallen.
1.6 Intensieve Hulp in Vrijwillig Traject ( IHV13weken)
“IHV13weken” is een werkwijze voor gezinnen waar kindonveiligheid speelt mede als gevolg van (psychische) problematiek van de ouders. Zowel ouders als kinderen krijgen snel passende en goed afgestemde hulp om de kindveiligheid te verbeteren. In de startfase van IHV13weken is de hulp aan ouders tijdelijk betaald uit de Jeugdwet. Dit is niet wenselijk want Jeugdwetmiddelen zijn bestemd voor hulp aan kinderen, het wettelijke kader voor de geboden hulp aan ouders is art 1.11 Wmo (bemoeizorg).
De verwachte kosten voor 2022 zijn € 117.000 en worden voor € 75.000 eenmalig gedekt uit regionale decentralisatie uitkering vrouwen opvang (middelen voor de aanpak van geweld in afhankelijkheidsrelaties). Op dit moment is nog niet bekend of die middelen ook in 2023 beschikbaar zullen blijven voor IHV13weken. Dit is afhankelijk van landelijke middelen en regionale besluitvorming hierover. Bij de reguliere P&C momenten in 2023 wordt u hierover nader geïnformeerd.
1.7 Actieplan Werkgelegenheid
De verwachte gevolgen van de Coronacrisis hebben zich niet voorgedaan in de mate die bij het opstellen van het actieplan werd ingeschat. In het actieplan werd nog uitgegaan van een landelijk werkloosheidscijfer van 700.000 personen (werkelijk 369.000). Dit gegeven in combinatie met het feit dat door de oorlog in Oekraïne andere prioriteiten moesten worden gesteld zoals het organiseren van opvang en betalen van leefgeld, leidt tot een verwachte onderbesteding van € 70.000. Deze middelen kunnen vrijvallen. Dit geldt ook voor incidentele personeelslasten die voor 2022 beschikbaar waren voor dit doel ter grootte van € 300.000.
1.8 Re-integratie doelgroep met verdiencapaciteit tot 70%
De kosten voor de re-integratie van de doelgroep met een verdiencapaciteit tot 70% van het minimumloon liggen lager dan bij het opstellen van de begroting werd ingeschat. Dit wordt veroorzaakt door lagere loonkosten vanwege een lagere bezetting. Regionaal blijft het een lastige opgave om het verwachte aantal kandidaten aan te leveren voor de training om de stap naar zo regulier mogelijk werk te zetten. Dit heeft ook gevolgen voor de begeleidingskosten van deze kandidaten op de werkvloer (gedetacheerd en in dienst van werkgevers), alsmede voor de kosten die gemaakt worden voor het realiseren van beschutte werkplekken. (incidenteel voordeel van € 140.000). Vooralsnog lijkt hier geen sprake van een structureel effect. Verwacht wordt dat door een vereenvoudigde aanmeldprocedure het aantal kandidaten dat aangeboden wordt aan AM match in de komende jaren verder zal toenemen. Bij de Perspectiefnota 2024 wordt een nieuwe inschatting gemaakt van de aantallen en het financiële effect.
1.9 Energietoeslag
In juli jl. heeft het Rijk besloten dat de eenmalige energietoeslag wordt verhoogd van € 800 naar € 1300. Amstelveen ontvangt via het gemeentefonds van het Rijk € 5,6 miljoen voor de eenmalige energietoeslag inclusief de uitvoeringskosten. De looptijd van de regeling is verlengd tot en met 30 juni 2023. Of Amstelveen moet bijleggen uit eigen middelen hangt af van het aantal individuele huishoudens dat nog niet bekend is bij ons. Landelijk wordt uit gegaan van de doelgroep met een inkomen tot 120% van het sociaal minimum, en in Amstelveen hanteren we 130% van het sociaal minimum. Mogelijk zal de bijdrage van het rijk niet voldoende zijn. Hierover wordt u in de jaarrekening 2022 nader geïnformeerd.
Tot en met augustus 2022 hebben 2.541 huishoudens de eenmalige energietoeslag ontvangen (hiervan zijn 1.790 huishoudens ambtshalve uitbetaald, en er waren 751 toekenningen aan huishoudens die een aanvraag zelf indienden). Eind augustus waren er nog 1026 individuele aanvragen in behandeling, de prognose is dat 80% van deze aanvragen leidt tot een toekenning.
Als het aantal individuele toekenningen onder de 1.960 blijft is de bijdrage van het rijk naar verwachting voldoende. Dat zou neerkomen op een bereik onder onze doelgroep met inkomen tot 130% van het sociaal minimum van circa 76%. Gelet op het aantal huishoudens dat nu al een aanvraag heeft gedaan is de kans aanzienlijk dat het rijksbudget substantieel wordt overschreden.
Het gemelde tekort in deze tijdvak van € 1,645 miljoen wordt naar verwachting gedekt via de aanvullende bijdrage in de septembercirculaire, verband houdende met de verhoging van de energietoeslag naar € 1.300.
1.10 Openluchttheater
Vanuit de motie ‘Houd het Openluchttheater Elsrijk Toegankelijk’ is € 30.000 gereserveerd voor een uitbouw voor een rolstoeltoegankelijk toilet. Uiteindelijk is voorzien in een alternatieve oplossing (o.a. gebruik van rolstoeltoilet in nabije Kruiskerk), waardoor dit bedrag kan vrijvallen.
1.11 Bijspringen en versterken
In 2020 is de volgende fase van het project "Bijspringen en versterken" van start gegaan waarbij er nieuwe initiatieven ontwikkeld zouden worden in de wijken Groenelaan en Keizer Karelpark. De zienswijze, ontwikkelde initiatieven en het werken vanuit verbinding in Bankras/Kostverlorenhof was een tweede doelstelling. De stichting Ons Tweede Thuis ontving hiervoor € 120.000 aan middelen. Door Corona is er in zowel 2020 en 2021 veel minder gebeurd dan gepland. De resterende projectmiddelen ter hoogte van € 100.000 zijn daarom aan de gemeente terugbetaald.
1.12 Jeugd
P.M.
1.13 Geëscaleerde zorg
Vanuit het budget geëscaleerde zorg 18- wordt de aanpak van jeugdigen in onveilige gezinnen betaald. In de huidige financiële raming is een daling van de uitgaven zichtbaar. Dit heeft vooral te maken met de wijziging van het landelijk woonplaatsbeginsel. Hierdoor is een groep jeugdigen overgedragen naar andere gemeenten. De voorbereiding van deze overdracht liep al langer, maar pas medio 2022 hebben bijna alle gemeenten hun administraties bijgewerkt. De gemeente hoeft nu minder regietrajecten bij de verschillende instellingen voor jeugdbescherming te betalen. De aantallen trajecten lopende het jaar geven nu geen aanleiding om het budget in stand te houden. Er is ook rekening gehouden met de instroom in het najaar.
Er is de afgelopen jaren lokaal, regionaal en landelijk veel aandacht geweest voor het verbeteren van de jeugdbescherming. De gemeente heeft geïnvesteerd in de samenwerking met de jeugdbescherming, Veilig Thuis en de Raad voor de kinderbescherming en in samenwerking met aanbieders voor (schaarse) specialistische jeugdhulp en GGZ voor de ouders. Team Jeugd en het Sociaal Team van de gemeente signaleren problemen eerder via o.a. de werkwijze Intensieve Hulp in Vrijwillig Traject (IHV13w). Via deze werkwijze wordt snel hulp ingezet voor jeugdigen en hun ouders om verdere escalatie te voorkomen. Deze aanpak zorgt ook dat er minder kinderen en gezinnen bij de jeugdbescherming komen. De gemeente blijft de komende periode onverminderd investeren in een betere aanpak van onveiligheid van jeugdigen.